Een deodorantstick kopen van €26,37: Nostalgie.

Poljot

Dit is de achterkant van een Poljot, een vrij exclusief, Russich horloge dat zò hufterproof is dat je het bij een scheur in je atoomkelder rustig tegen de scheur kan plakken om de bevolking van de bunker veilig te houden voor ontploffende dirty bombs.

Desondanks is het horlogebandje van de Poljot van wijlen mijn vader om mysterieuze redenen al enkele jaren kapot. Ik kom daar zo op terug. Eerst iets over hem, mijn overleden vader.

Een emu en een man met rood petje.

Mijn vader kon enorm rochelen. Dat klonk hol schrapend, een geluid van diep achterin zijn keel, alsof hij een kwade emu was, een emu met een veertje in zijn keel.

Hij vertelde eens over de (volgens hem) allermooiste film aller tijden. “Women in the dunes”. Een film bovendien die hij, zo klaagde hij er meteen achter aan, nergens meer kon krijgen.

In een obscuur winkeltje vond ik enkele maanden later een kopie van de film. Toen hij 52 werd, een klein jaar voor zijn dood, heb ik hem gegeven. Hij was heel dankbaar.

Na zijn dood vond ik de dvd in de kast. De dvd zat nog in het cellofaan. Mijn vader was een drukke man.

20 oktober is zijn sterfdag. Hij is nu vier jaar dood.

Op zijn begrafenis draaiden we o.a. het liedje dat helemaal onderaan deze blogpost staat.

Goed.

Nu heb ik hier over mijn overleden vader geschreven, dingen die privé waren gewoon in het openbaar gegooid.

Waarom?

Goeie vraag.

Eén van de meest invloedrijke mensen ter wereld gelooft niet in privacy.

Ik wel.

Ja, je kunt nu wereldberoemd worden met je geneuzel, je verdriet, je woede, je frustratie. Maar dat hoef ik niet, daarom schreef ik dit niet op.

Is het dan omdat ik een blog heb?

Misschien een beetje.

Dat we gepusht worden online informatie te delen is een logische ontwikkeling van het internet, maar ook een ontwikkeling die vanzelf weer afzwakt als de nieuwigheid van digitale zelfmanifestatie er af is. Dan worden we vanzelf weer exclusiever met de informatie die we delen. Wie weet kan ik mezelf tegen die tijd zelfs van Facebook af knikkeren.

Privacy geeft rust.

Dus nee, ik deel dit niet omdat ik niet in privacy geloof, hiermee beroemd wil worden, en zelfs niet omdat ik me gepusht voel.

Dat ik deze herinneringen nu openbaar maak heeft meer te maken met de nostalgie die ik voelde na het ruiken van een deodorant.

(Even een terzijde: Nostalgie blijkt een vorm van melancholie te zijn. Etymologisch:

[The word is] consisting of νόστος, nóstos, “returning home”, a Homeric word, and ἄλγος, álgos, “pain” or “ache”.

Wikipedia FTW!)

Nostalgisch werd ik, toen ik bij zo’n geurencircuswinkel de deodorantstick zag staan die mijn vader vroeger gebruikte.

Het was een donkerblauwe cylinder. Er zat stof op de dop. Ik draaide de dop eraf en duwde de witte stick omhoog. De halogeenspots boven me reflecteerde in het oppervlak. Ik dacht terug aan het snoeien in de tuin, aan het chaotisch koken voor gasten. Ik draaide de dop terug. Het was de laatste stick in het schap, waarschijnlijk vanwege de prijs. In mijn hoofd rekende ik uit hoeveel “normale deodoranten” ik ervoor zou kunnen kopen en hoe lang ik zou kunnen doen met al die “normale deodoranten”.

Een maand of dertig.

Ik rekende af met mijn pinpas en kreeg daar de deodorantstick, een paar testertjes en een vriendelijke glimlach voor terug. Ik liep de winkel uit, terug de mensenmassa in.

Vier jaar dood.

Vroeger dacht ik nog wel eens dat rouw voorbij ging. Dat het wegdreef, door het zand zakte, overgroeide. Zoveel dood had ik nog niet meegemaakt.

Maar toen stierf mijn vader en begon ik te lezen over rouw (dit geweldige artikel bijvoorbeeld. Dat van die rouwfases? Bullshit!)

Ook begon ik te praten met andere halfwezen. Er bleken veel meer vaders of moeders overleden van leeftijdsgenoten dan ik had verwacht.

De overeenkomsten bleken talrijk: ja, wij aten de eerste week ook Chinees. Ja, mijn broertje/zusje en ik hebben ook geholpen met [vul maar in] Nee, wij hebben die onverzonden rouwkaarten ook maar bewaard. Ja, wij kregen ook ruzie over [vul maar in].

Tegelijkertijd weet ik van veel dingen niet of een ander ze ook zo doet, ze ook zo voelt.

Hoe herinner jij je iemand? Bekijk je zijn foto? Draag je haar sokken? Zijn deo? Ga je jaarlijks naar haar favoriete restaurant, naar zijn graf?

Of schrijf je er over, in een dagboek, in gedachten, op je blog?

Ik sta er vaak genoeg bij stil. Ik ben vaak genoeg verdrietig geweest. Ik heb er vaak genoeg over gepraat. De helft van mijn roman gaat er zelfs over.

En toch kan ik de neiging niet onderdrukken om zo’n deodorantstick dan te kopen, uit nostalgie, noch kan ik de neiging onderdrukken over mijn vader te schrijven, herinneringen te delen op mijn blog. Uit nostalgie.

Rouwen gaat in golven. Soms wat meer, soms wat minder. Dat is dus zo.

Rest me te zeggen dat ik ook een nieuw horlogebandje heb gekocht, voor die Poljot van mijn vader ondergetekende. Op Ebay. Voor een euro. Exclusief verzendkosten.

Comments
3 Responses to “Een deodorantstick kopen van €26,37: Nostalgie.”
  1. Lois says:

    Monty Python op de begrafenis. wow. En je schrijft echt mooi!!

    Dikke smakkerd!

  2. Bee says:

    Knuffel van mij!

  3. Dank jullie wel, Lois en Bee.

Leave A Comment